Tips voor een beginnend yogadocente
- Yoga met Lieneke
Ben je net begonnen met lesgeven of denk je eraan om yogadocente te worden? In deze blog vertel ik je meer over mijn ervaringen en geef ik je wat advies wanneer je net begint met lesgeven.
Zelf heb ik ruim tien jaar yogales gegeven: groepslessen in sportscholen en yogastudio’s, 55+ lessen in een buurtcentrum, workshops op verschillende locaties en natuurlijk ook privélessen. Toen ik begon was ik begin twintig, en zelfs toen was het best zwaar. Ik heb altijd een redelijk intensieve stijl van yoga gedaan, dus het was fysiek belastend. Dit is dan ook mijn eerste tip, onderschat het lesgeven niet. Daarnaast, als je nu dagelijks met tegenzin naar kantoor gaat, is het misschien juist ook wel fijn om fysiek bezig te zijn!
Blijf bij je basis
Toen ik negentien jaar oud was heb ik een tijdje vrijwilligerswerk gedaan bij een yogastudio. Elke zondagochtend mocht ik daar gratis meedoen met de lessen, en voor en na deze lessen zette ik thee, tekende ik strippenkaarten af en maakte ik de ruimte schoon. Een van de docentes daar vond ik persoonlijk erg zweverig en haar lessen voelden soms wat onlogisch aan. Er is zelfs een keer een proeflesser nog net niet de deur uitgerend na een van haar lessen. Ik riep nog achter haar aan: ‘Probeer yoga ook ergens anders, er zijn heel veel verschillende stijlen van yoga..’ Hopelijk heeft ze haar zoektocht niet opgegeven. Deze docente heeft één keer een hele goede les gegeven, die er echt uitsprong boven haar andere lessen. Toen ik haar hiervoor een compliment gaf zei ze dat dit een les in de stijl van haar opleiding was, de basis van wat ze had geleerd. Maar dit vond ze zelf eigenlijk saai en niet interessant genoeg om les in te geven. Ze had het idee dat ze haar lessen ‘leuker’ moest maken.
Zelf heb ik dit ook gemerkt. Je geeft bijna wekelijks dezelfde houdingen en hierdoor kan het soms voelen alsof je lessen saai zijn. Maar na gesprekken met mijn leerlingen, bleek dit helemaal niet het geval. Zij vonden het juist fijn dat ze beter werden in de houdingen. Daarbij volgden zij slechts een of twee lessen van mij in de week, terwijl ik er uiteindelijk wel twintig in de week gaf. De ervaring van jouw studenten is dus niet dezelfde ervaring die jij hebt wanneer je voor de groep staat. Er zullen lessen bij zitten die voor jou heel chaotisch aanvoelen omdat je zo druk met jouw leerlingen bezig bent, maar voor jouw leerlingen kan dezelfde les juist heel fijn en ontspannen zijn. Het is immers fijn als er goed voor je gezorgd wordt!
De les hier is dat je goed wilt communiceren met jouw leerlingen, zodat je weet wat hun ervaring is geweest. Dit deed ik tijdens lessen, maar vooral ook daarna. Dat maakte mij beter in het corrigeren van de alignment in houdingen en het peilen van de stemming in de groep. Ook pik je dan de leerlingen eruit die met pijn toch doorgaan of ergens in vastlopen, maar dit durven ze eigenlijk niet te zeggen. Pas toen ik een paar weken voor een specifieke docente inviel, werd ik me er bewust van dat ik een interactieve stijl van lesgeven heb. Want niemand in haar groepen reageerde op wat ik zei of keek me zelfs maar aan. Dit waren lastige invallessen voor mij. Naderhand toen ik zelf weer een les volgde van deze docente vielen alle kwartjes. Zij drilde je met zoveel eenzijdige informatie dat de meeste leerlingen nog maar half luisterden en dus ook maar half aanwezig waren. Ze gaf goede informatie, dat zeker, maar het is belangrijk om jouw leerlingen ook de ruimte te geven om aanwezig te zijn én om te leren van de ervaring van jouw leerlingen.
Een goede voorbereiding
Een goede voorbereiding is het halve werk. De eerste zes jaar dat ik heb lesgegeven tekende ik mijn lessen uit in stick figures, zodat ik een leidraad had om te volgen tijdens een les. Mijn lessen baseerde ik op de stijl van mijn leraar. Ik heb tijdens die opleiding alle lessen voor mezelf uitgetekend en bewaard, dus ik had een goede bron van lessen waaruit ik kon putten bij het maken van mijn eigen lessen.
Mijn schouders zijn nooit zo sterk geweest, vooral niet toen ik begon met yoga. Ik vond lessen voor de schouders dan ook veel moeilijker om te geven dan bijvoorbeeld lessen voor de heupen of zijopeners. Toen ik net begon vond ik dat ik dit maar gewoon moest kunnen en dus doen, maar daar ben ik snel milder in geworden, omdat ik merkte dat dit de kwaliteit van mijn lessen aantastte. De eerste jaren heb ik dus vooral lesgegeven waar ik goed in was en dit heb ik langzaam opgebouwd totdat ik ook goede lessen kon geven in schouderopeners en diepe achteroverbuigingen, armbalans, etc.
Maar zelfs wanneer je lesgeeft vanuit jouw eigen ervaring (daarmee bedoel ik jouw eigen beoefening), vanuit een sterke basis van jouw opleiding, goed voorbereid met een les op papier, dan nog kun je flink geconfronteerd worden met jezelf. Eén moment, toen ik net begon met lesgeven op een sportschool, zal ik nooit meer vergeten. Toen ik de groep de houding Trianga Mukha Eka Pada Paschimottanasana (leer de namen van de yoga houdingen) wilde laten doen, kon niet één van de twintig leerlingen in de houding komen. En daar stond ik dan. Ik heb op dat moment redelijk snel geschakeld, maar dit was een goede les (voor mij!). Ik oefende zelf ‘eindhoudingen’, maar voor mijn leerlingen heb ik moeten leren om houdingen stap voor stap af te breken, zodat, ten eerste, iedereen mee kon doen en ten tweede, leerlingen echt vooruit gaan. Hiermee maakte ik het mezelf misschien erg zwaar, maar de voldoening twee jaar later, toen bijna iedereen in de houding kon komen, was erg groot!
Denk dus goed na over de houdingen die je geeft. Hoe kan een absolute beginner de houdingen benaderen, en hoe daag je iemand uit die al erg sterk of flexibel is? Wanneer je lang genoeg lesgeeft wordt dit een automatisme, maar wanneer je net begint zou ik dat zeker meenemen in je voorbereiding. En in de situaties dat iemand met een blessure zit of een ander specifiek probleem, waar jij geen antwoord op weet, zeg dan vooral dat je het niet weet!! Probeer zo goed mogelijke ondersteuning te bieden, zoek na afloop van de les naar informatie en blijf vooral studeren. Maar doe nooit alsof. Dit geldt ook voor tijden waarin je zelf een blessure of andere klachten hebt. Geef het goede voorbeeld! Pas je lessen aan zodat ze voor jou werken, vertel het eerlijk aan de leerlingen én ga nooit maar dan ook nooit over jouw eigen grens heen.
© 2024 Lieneke’s Yoga Company